Iemand met pijn in de rug wordt door de Heer aangeraakt.

Ik werkte in de zorg en had al een hele tijd pijn aan mijn rug, het bleek een dubbele hernia te zijn. We hadden al heel wat dokters en hulpverleners geraadpleegd, maar er kwam geen verbetering. Ten einde raad gingen we op aandringen van een collega van mijn echtgenoot naar een dienst van genezing. Iets wat ons totaal onbekend was.

Groot was mijn verbazing toen ik in het lofgebed, aanbidding en voorbede hoorde zeggen:

“Iemand met pijn in de rug wordt door de Heer aangeraakt, deze persoon voelt nu een warmte in de rug. Dit is het teken dat de Heer u nu genezend aanraakt”

Er werden nog meer dingen in detail gezegd die men onmogelijk over mij kon weten.

Dat warmtegevoel had ik, we waren dankbaar, maar uit het lood geslagen. Na de dienst probeerden we de persoon die deze woorden had uitgesproken te spreken. Ze zei: “Als jij dit gevoeld hebt, blijf de Heer dan danken om datgene wat Hij gaat doen”. Dit heb ik gedaan en geleidelijk aan is de rugpijn verdwenen, ik kon zelfs terug mijn taak terug opnemen. Lof en dank aan de Heer!

We zijn blijven naar de gebedsgroep gaan. Op een dag begreep ik de betekenis van de woorden van de leerlingen van Emmaüs:

“Brandde ons hart niet toen Hij met ons sprak”.

Ikzelf en mijn echtgenoot hebben dit mogen ervaren. Deze ervaring veranderde ons leven. Mijn man werd later diaken.

Het geloof dat we van kinds af aan meekregen en waar ik dankbaar voor ben, kreeg een diepere grond: ervaren dat Jezus leeft, ook nu in deze tijd, en dat zijn Geest in ons werkzaam is.

We volgden retraites, de School voor Geloofsverdieping. Het werd een groeien in het geloof…

De vraag om catechese te geven, herder van een gebedsgroep te worden, in de parochie mee te werken… alles werd me op Zijn tijd gevraagd en ik ontving de zin om  “ja”  te zeggen en de kracht om het aan te kunnen. Want ik weet, uit mezelf kan ik niets.

Regelmatig gebed en lofprijzing, de Eucharistieviering, aanbidding, geloof en vertrouwen dat me steeds opnieuw geschonken wordt, in de wisselvalligheden van het alledaagse leven.

De vertroosting in moeilijke tijden, waar wanhoop soms de overhand nam tijdens en na de ziekte en het overlijden van mijn echtgenoot. In de pijn om het gemis.

Door het gebed – samen met mijn echtgenoot, want dit vraag ik hem – krijg ik de kracht om verder te doen. Ook in de nieuwe werkgroep rouwzorg waar ik iets mag betekenen voor anderen die hetzelfde meemaken.

En het geloof en het vertrouwen dat we leven naar een weerzien bij God!

Prijs de Heer mijn ziel en prijs zijn heilige Naam.
Prijs de Heer mijn ziel, Hij die mij leven geeft.


c