Als je zou weten, hoe God jou bemint.


Getuigenis over een periode van mijn leven waarin de Heer
mij veel liefde en geduld heeft betoond.


Ik bouw dit getuigenis op aan de hand van de parabel van de verloren zoon en de barmhartige Vader.


Ik ben geboren in een klassiek « gelovig » gezin. We gingen iedere zondag naar de H. Mis, maar daar bleef het dan ook bij.

Mijn vader werkte veel en mijn moeder oefende een enorme autoriteit op mij uit.

Het gevolg was een grote spanning tussen mij en mijn moeder en dit vanaf mijn 7 jaar tot aan mijn huwelijk… en zelfs daarna ook nog.

Toen ik 17 jaar was, leerde ik een jongeman kennen maar… hij was een getuige van Jehova…Eindelijk kon ik spreken over God, want thuis was spreken over geloof en God taboe.

Mijn moeder was er helemaal niet mee akkoord en heeft mij – met veel autoriteit – gedwongen om mijn vriend niet meer te zien.
Uit gehoorzaamheid en schrik heb ik er mij bij neergelegd.

Onze relatie is nog venijniger geworden en er volgde van mijn kant een echte revolte gedurende jaren : ik beging de meest ongehoorde fouten, ik wilde vrij zijn en besloot niet meer naar de kerk te gaan (mijn moeder is ook niet meer naar de kerk geweest).

Ik durfde aan niemand mijn problemen toe te vertrouwen of erover te praten omdat ik me schuldig voelde – zelfs niet tegenover mijn beste vriend. Ik hield alles voor mezelf en het woekerde jarenlang.
En eerder dan te schreeuwen tot God, ging het met mij van kwaad tot erger en liet ik me verleiden door de wereld.

Innerlijk was het in mij nogal erbarmelijk gesteld en ‘s nachts had ik dikwijls nachtmerries.
Bijvoorbeeld : Ik zocht mijn vriend in verlaten straten zonder hem te vinden tot ik wanhopig al schreeuwend wakker werd (zie Hooglied 3 (1-3).

In andere dromen uitte ik mijn woede tegen mama. Ik had de indruk beland te zijn in een raderwerk dat mij naar beneden trok.

Toen ik 22 was, besloot ik dit ‘niet al te fameus’ leven te veranderen.
Nadien wou ik weg van huis en zocht een man… We trouwden tamelijk snel.

Mijn man en ik gingen nooit naar de kerk.
De kinderen werden toch gedoopt en stilaan ben ik de Bijbel beginnen lezen.
Nog altijd had ik de nachtmerries en voelde ik mij innerlijk angstig.

Toen begon de Heer mij tekentjes te geven – door ontmoetingen, gesprekken die me raakten. Met tientallen hebben deze tekenen zich over de tijd uitgespreid tot aan mijn 38 jaar. En het gaat nog door.

Na een vertrouwelijke mededeling aan een vriendin, zei ze tegen mij :

En toch… als je zou weten hoezeer God je bemint.

Het was een schok ! Ik voelde deze zo diep in mijn hart dat ik mijn tranen niet kon bedwingen: ik achtte mij zulk een goedheid niet waard.

De Heer heeft een oneindig geduld gehad.
Ik begreep dat bepaalde dingen in mijn leven moesten veranderen.

In die periode had ik mijn eerste contact met de Charismatische Vernieuwing.
Later zijn we met enkele vrienden naar Medjugorje geweest.

Ik heb ook de 7 weken van de KCV gevolgd.
Daar besefte ik dat ik moest vergeven aan mijn moeder en de Heer heeft mij daarbij geholpen Daar  heb ik raad en steun gekregen van gelovige mensen. Ik heb het telefonisch gedaan want ik had nog schrik van de reacties van mij moeder.

Het resultaat liet niet op zich wachten: van de ene dag op de andere hielden mijn nachtmerries op. (20 jaar lang had het geduurd).

Even moeilijk was het om vergeving te vragen, om heel dit verleden te biechten.
Via de priester ontdekte ik de oneindige Barmhartigheid van God.

Daarna vond ik een vrede die ik sinds mijn kindertijd niet meer gekend had.

Deze priester gaf mij de raad om het Hooglied te lezen.
Zo heeft God mij doen verstaan dat Hijzelf, mijn Schepper, de Vriend was die ik wanhopig zocht in mijn nachtmerries (Hooglied).

Ondertussen ben ik nog andere moeilijke situaties tegengekomen, maar nu weet ik dat de Heer aanwezig is en ik vertrouw meer en meer op Hem.
Sedertdien houdt de Heer niet op me te leiden en me kracht te geven in moeilijke momenten.

Vorig jaar vroeg ik in de gebedsgroep om over mij te bidden, omdat ik nog steeds een periode  met zorgen had over mijn scheiding … Na de handoplegging en het gebed van de hele groep, steun ik nog op de Goddelijke Wil en ervaar ik diepere vrede. Ik vertrouw op het ontvangen woord en het geeft me vrede en opluchting wanneer ik het nodig heb.

Tijdens een onderricht over de barmhartigheid heeft het volgende mij geraakt :

Uw zonden –  welke zij ook zijn, zelfs al heb je het ergste begaan – zijn in de barmhartigheid van Jezus slechts als een druppel in de vuurhaard van zijn liefde. Waarom zijn wij nog bang om ons in de armen van de Vader te gooien?